Wat zijn de eisen voor zwembadwater ?
Je hebt er vast van gehoord: de “Zwemwaterwet”. Sinds 2024 staat de regelgeving voor locaties met badwaterbassins (zwembaden) in hoofdstuk 15 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Dit wordt de “Zwemwaterwet” genoemd. Het Bal is onderdeel van de Omgevingswet. Maar wat zijn de eisen voor zwembadwater precies? Wij leggen het je uit.
Wil je zeker weten dat jouw zwembadwater veilig en van goede kwaliteit is? Onze waterexperts staan graag voor je klaar.
Zorgplicht voor zwembadhouders
De wetgever heeft einddoelen geformuleerd waar een zwembad aan moet voldoen. Het doel daarvan is dat elk zwembad hygiënisch en betrouwbaar zwemwater aanbiedt. Als zwembadhouder heb je namelijk zorgplicht: je moet zorgen dat het water en de lucht in een gesloten ruimte niet schadelijk zijn voor de gezondheid van bezoekers en medewerkers.
Kwaliteitseisen voor water en lucht in zwembaden.
De kwaliteitseisen gelden voor het zwemwater en sinds 2024 ook voor de lucht in zwembaden. Aan de ene kant moet het zwembadpersoneel dagelijks metingen doen, bijvoorbeeld van de zuurgraad, van vrij en gebonden chloor en van het doorzicht. Daarnaast moet een gecertificeerd laboratorium periodiek metingen doen.
Welke kwaliteitseisen gelden precies voor het water en de lucht? Wij hebben alle kwaliteitseisen in een handig overzicht op een rij gezet. Je kunt de zwemwaternormen hier downloaden:
Om de kwaliteit van de binnenlucht te garanderen, staat er ook een luchtkwaliteitseis in de Zwemwaterwet. Hierbij geldt het volgende:
- In een gesloten ruimte bij een badwaterbassin moet de lucht voldoen aan de kwaliteitseis voor trichlooramine
- Deze meting moet gebeuren op de plaats die naar verwachting het meest ongunstige resultaat oplevert. Dat is vaak de plaats waar zwembadpersoneel het snelst klachten krijgt. Oftewel: de plek met de minste luchtverversing en luchtdoorstroming
- Zwembaden die werken met ozon, zijn verplicht om in elke zwemzaal ook de ozon te meten
- Je moet de risico’s, beheersmaatregelen en monsterlocaties vastleggen in een beheersplan (in een apart hoofdstuk ‘lucht’)
Verplichte sluiting van een badwaterbassin
Alle parameters kennen een klasse-indeling. Is er een normoverschrijding? Dan ben je verplicht om het badwaterbassin te sluiten als de meting de eerste, tweede of derde keer niet voldoet aan de kwaliteitseisen voor een parameter. Hoe dit precies zit, verschilt per parameter. Je mag het badwaterbassin pas weer openen als uit een meting blijkt dat de parameter weer voldoet aan de kwaliteitseis.
Eerder kwam de Provincie of de Omgevingsdienst handhaven als de maandtoetsing (vaker) onvoldoende was. Sinds 2024 ben je zelf verplicht het bassin te sluiten en alle risico’s te beperken.
Waarom de huidige regelgeving?
In een ‘Nota van Toelichting’ licht de wetgever de keuzes voor de Zwemwaterwet toe. De onderstaande tekst komt uit de ‘Nota van Toelichting Invoeringsbesluit Omgevingswet Voorhangversie mei 2019’ en hebben wij hier en daar verduidelijkt.
Toelichting parameters zwemwateronderzoek
Er zijn bij zwemwateronderzoek parameters voor:
- desinfectie
- desinfectiebijproducten
- microbiologische factoren
- chemische factoren
- efficiëntie
- doorzicht
- reguliere indicatoren
De microbiologische parameters kunnen een indicatie zijn van ziekteverwekkende micro-organismen in het water. Soms gaat het om micro-organismen die op zichzelf ziekteverwekkend zijn voor gebruikers; andere micro-organismen zijn niet op zichzelf ziekteverwekkend. In het laatste geval wijzen deze micro-organismen wel op de mogelijke aanwezigheid van andere (moeilijk te bepalen) ziekteverwekkers in het zwem- of badwater.
De microbiologische indicatorparameters geven je informatie over de microbiologische veiligheid van het zwem- en badwater. Ook krijg je zo inzicht of de waterbehandelingsinstallatie aansluit bij de bezoekersaantallen.
Hieronder volgt een toelichting per parameter.
Vrij chloor
Binnen de norm ‘vrij chloor’ onderscheiden we het gehalte vrij chloor in een gesloten ruimte en buiten een gesloten ruimte. In een gesloten ruimte is het mogelijk binnen de bandbreedte te blijven van 0,5 tot en met 1,5 milligram per liter. Voor een open ruimte (zoals in buitenbaden), is deze bandbreedte niet mogelijk. Hiervoor geldt dan ook een bredere marge.
Vrij chloor is een desinfectiemiddel en bestaat uit een bepaalde verhouding onderchlorigzuur en hypochloriet. In chloorverbindingen op basis van onderchlorigzuur en hypochloriet desinfecteert het neutrale onderchlorigzuur veel effectiever dan het hypochloriet-ion. De concentratie onderchlorigzuur wordt hoger bij een lagere pH-waarde en een hogere vrij chloor-concentratie. Daarom is het belangrijk om de gemeten pH-waarde en de vrij-chloor-concentratie goed op elkaar af te stemmen.
De kwaliteitseisen voor vrij chloor, zuurgraad en waterstofcarbonaat zorgen voor een maximale desinfectie. Ook beperken ze negatieve neveneffecten zoveel mogelijk.
Vrij chloor is de enige parameter die in 2 verschillende klassen in te delen is.
- Zit er bijvoorbeeld meer dan 1,5 mg per liter vrij chloor in een badwaterbassin of in een deel van een badwaterbassin in een gesloten ruimte? Dan valt de parameter voor de bovengrens in klasse III
- Als er minder dan 0,5 milligram per liter vrij chloor aanwezig is, is sprake van een onderschrijding. De parameter valt dan voor de ondergrens in klasse I
Gebonden chloor
De gebonden chloorconcentratie in het water is een indicator voor de concentratie trichlooramine in de lucht. Wel is de correlatie tussen de concentratie gebonden chloor in het water en de concentratie trichlooramine in de lucht heel onbetrouwbaar.
Zuurgraad (pH)
De bandbreedte voor de zuurgraad (7,0 ≤ pH ≤ 7,6) is smaller dan in eerdere regelgeving. Toen was deze nog 6,8 ≤ pH ≤ 7,8. Bij een te hoge zuurgraad neemt het onderchlorigzuur verder af en daarmee ook het desinfecterend vermogen. Daarnaast is met moderne regeltechnieken een smalle bandbreedte voor de zuurgraad prima te regelen.
Doorzicht
‘Doorzicht’ is vooral van belang om gevallen van (bijna) verdrinking op tijd te signaleren. Daarnaast is doorzichtig water esthetisch aantrekkelijker.
Van een duidelijk zichtbare bodem is in ieder geval sprake als de voegen tussen de tegels in het diepste deel van het bad goed te zien zijn. Bij zwembaden zonder voegen kun je eventueel markeringen op de vloer aanbrengen met de afmetingen van voegen. Zo kun je alsnog het doorzicht bepalen.
Troebelheid
Troebel water is belangrijk voor de veiligheid van het zwembad. Als zwembadwater zo troebel is dat de bodem van het badwaterbassin niet zichtbaar is, komt de veiligheid van de gebruiker in gevaar.
De parameter ‘troebelheid’ geeft daarnaast de mate van badbelasting in relatie tot de efficiëntie van de filtratie aan. Er is trouwens ook sprake van troebelheid als er problemen zijn met de vlokmiddeldosering en het vlokmiddel door het filter heen slaat.
Je moet de troebelheid van het bassin meten als het badwaterbassin in gebruik is. De meeteenheid voor troebelheid is fte: formazine troebelings eenheden.
Bromaat
Bromaat is een kwaliteitsparameter met het oog op veiligheid en gezondheid. Het is sinds een paar decennia bekend als een desinfectiebijproduct dat soms DNA in cellen kan beschadigen of kankerverwekkend kan zijn. Het ontstaat o.a. tijdens de ozonbehandeling bij de drinkwaterbereiding uit bromidehoudend water of door verontreinigd zout te gebruiken bij zoutelektrolyse. Ook in het water in badwaterbassins is het recent aangetoond. Soms ontstaat bromaat in het water door verontreiniging van het geleverde chloorbleekloog
Chloraat
Chloraat is een giftig stof, die vooral ontstaat bij de ontbinding van chloorbleekloog (een ‘verouderingsproces’). Het is daarom belangrijk dat je chloorbleekloog koel opslaat en binnen zo’n 2 maanden verbruikt.
Chloraat kan ook ontstaan bij zoutelektrolyse. In de praktijk zijn soms ongewenst hoge concentraties te meten. De vorming van chloraat kun je eenvoudig voorkomen door de juiste procescondities te kiezen tijdens het elektrolyseproces en deze te controleren. Ook helpt het om de tijdsduur tussen de productie en dosering van chloorbleekloog kort te houden. Beperk de tijdsduur het liefst tot minder dan enkele dagen.
Chloride
Chloride is - net als nitraat - een indicator voor de verversing van water. De chloridenorm is haalbaar voor de meeste traditioneel gechloreerde bassins. Maar in sommige gevallen kan de chlorideconcentratie aanzienlijk hoger zijn dan de norm, zonder dat dit schadelijk is voor de gezondheid van gebruikers. Dit geldt…
- …als een zwembad bepaalde typen zoutelektrolyse gebruikt
- …als het gaat om een zoutwaterbad
In die gevallen is soms een alternatieve norm voor de verversing nodig.
Kaliumpermanganaatverbruik
Kaliumpermanganaatverbruik is een handige manier om de “vervuiling” van water in badwaterbassins te meten. Door deze stof te meten, kun je namelijk de hoeveelheid organische stoffen (of verontreinigingen) in het water vaststellen. Deze stoffen komen soms uit het suppletiewater, maar het grootste deel komt van zwemmers. Het kaliumpermanganaatverbruik heeft daarom een verband met het aantal gebruikers van het bad.
Organische verontreinigingen kunnen in combinatie met het aanwezige chloor leiden tot ongewenste desinfectiebijproducten (zoals trihalomethanen).
Nitraat
De nieuwe zwembadwetgeving noemt geen eisen voor de hoeveelheid suppletiewater of voor het filtratieproces. Dat zou een hoger risico kunnen veroorzaken op een groter aantal antropogene stoffen (van de mens afkomstige stoffen) en desinfectiebijproducten. Hierbij zijn 2 parameters relevant:
- de chlorideconcentratie
- de som van de ureum- en nitraatconcentraties
Een hoge chlorideconcentratie gaat vaak samen met een lage waterverversing. Daardoor kunnen veel ongewenste stoffen ophopen in het water. Door de chlorideconcentratie te begrenzen, zou deze eenvoudige bepaling in principe voldoende zijn. Maar de chlorideconcentratie kan ook afhangen van andere omstandigheden, zoals het chloridegehalte in het (aan)vulwater of het gebruik van bepaalde zoutelektrolyse-installaties. Daarom is een extra parameter nodig: de nitraatconcentratie. Als een gebruiker zandfilters, combifilters, en koolstoffilters toepast, zetten die installaties stikstofverbindingen voor het grootste gedeelte om in nitraat.
Som van de trihalomethanen, berekend als chloroform
Op basis van een RIVM-advies en de beschikbare kennis zijn trihalomethanen gekozen als desinfectiebijproducten waarvan de potentiële gezondheidseffecten het best zijn onderzocht en ook het meest duidelijk zijn. Deze keuze is in lijn met de aanpak in andere West-Europese landen.
Deze desinfectiebijproducten kunnen tegelijkertijd een indicator zijn voor de veel grotere groep gechloreerde organische verbindingen die we niet meten, maar die wel uit de pas kunnen lopen.
Ureum
Ureum is de enige parameter waarmee je direct de belangrijkste component van de stikstofprecursors meet. Omdat deze parameter representatief is voor de badbelasting, geeft een hoog ureumgehalte in het water ook een verhoogd risico op de vorming van gebonden chloor (zoals het ongewenste trichlooramine).
Daarnaast is bij gebruik van zandfilters, combifilters of actieve koolstoffilters (ureumreductoren) een hoog ureumgehalte een mogelijke indicatie voor een ineffectieve omzetting van ureum naar nitraat. Nitraat is een stof die voor de gezondheid neutraal is.
Waterstofcarbonaat
Om de zuurgraad (pH) constant te houden, is een minimale buffercapaciteit nodig naast een goede regeling van de pH-waarde en dosering van een pH-correctiemiddel. Dit bereik je met waterstofcarbonaat. In eerdere regelgeving gold een strengere norm voor de buffercapaciteit. In de praktijk is deze norm voor een bassin alleen zo goed als onhaalbaar. Daarom is deze norm verlaagd.
Intestinale Enterococcen
Deze groep bacteriën – waarvan Enterococcus faecalis en Enterococcus faecium de belangrijkste zijn – komt normaal voor in de darmen van mensen. Deze bacteriën zijn bestand tegen een vijandige omgeving, zoals een lage of hoge pH en zout. Hun aanwezigheid in het water wijst op recent onhygiënisch gedrag van een zwemmer en de mogelijke aanwezigheid van ziekteverwekkende micro-organismen (die ook in menselijke ontlasting aanwezig kunnen zijn).
De meeste fecale bacteriën en virussen worden snel inactief in chloorhoudend water. Voor sommige meer chloorresistente micro-organismen duurt dit langer of gebeurt het niet.
Intestinale Enterococcen zijn redelijk chloorgevoelig en worden daardoor vrij snel inactief. Wat betekent het dab als onderzoekers Intestinale Enterococcen aantreffen? Het is dan mogelijk dat de fecale verontreiniging pas net heeft plaatsgevonden en dat het desinfectieproces zijn werk nog niet (volledig) heeft gedaan. Een andere mogelijkheid is dat het desinfecterend vermogen van het water heeft gefaald. Wat de precieze reden is? Dat kun je achterhalen door opnieuw een monster te nemen. Om deze redenen is het belangrijk om deze parameter standaard in elk badwaterbassin te meten.
Afwezigheid van Intestinale Enterococcen wil overigens niet zeggen dat er geen fecale verontreiniging is geweest. Ook geeft het geen zekerheid dat er in het water geen (mogelijk ziekteverwekkende) micro-organismen zitten die minder gevoelig zijn voor chloor dan Intestinale Enterococcen.
Legionella
Legionellabacteriën zijn in waterige milieus voorkomende bacteriën die je vooral ziet bij een watertemperatuur van 25 tot 55 graden Celsius. Mensen raken geïnfecteerd met legionella door kleine druppeltjes water in de lucht (aerosolen) in te ademen waarin de bacterie zich bevindt. Aerosolvorming vindt plaats bij het vernevelen of versproeien van water, bijvoorbeeld bij douches, whirlpools of fonteinen. Legionella is de veroorzaker van Pontiac fever (een milde griepachtige aandoening) en legionellapneumonie (een ernstige longontsteking). Legionella kan zich in water vanaf een temperatuur van 25 graden Celsius vermenigvuldigen in de daarin aanwezige amoeben of in biofilms. Dat gebeurt vooral in een gecreëerde waterige omgeving waarin weinig competitie is van andere micro-organismen. Goed om te weten is dat deze bacterie zeer resistent is tegen chloor bij concentraties lager dan 20 milligram per liter.
In een zwembadomgeving met watertemperaturen boven de 25 graden Celsius, kan legionella zich sterk vermenigvuldigen. Dat komt doordat de kans op biofilmvorming daar erg groot is. Biofilm kan daar ontstaan in leidingen met water dat lange tijd stilstaat of waar de doorstroming niet goed is, in actieve koolstoffilters, in zwaar vervuilde zwembadfilters en ook in installaties die langdurig buiten gebruik zijn. Denk daarbij aan zwembaden met beperkte openingstijden aan openluchtzwembaden in het naseizoen, die alleen af en toe open zijn vanwege de weersomstandigheden.
Bij afwezigheid van aerosolvormende elementen is de eventuele aanwezigheid van legionella niet relevant. Daarom is legionellameting alleen nodig als er sprake is van waternevel.
Pseudomonas aeruginosa
Deze bacterie is mogelijk ziekteverwekkend voor de mens en kan huidinfecties (huiduitslag, folliculitis of andere huidaandoeningen), infecties van de urine- en luchtwegen, wondinfecties en buitenoorontsteking (otitis externa) veroorzaken. Als er Pseudomonas aeruginosa in het water zit, komt dat door onvoldoende desinfectie of slecht onderhoud van de filters.
Pseudomonas aeruginosa kan zich in de warme vochtige zwembadomgeving vermenigvuldigen tot concentraties die schadelijk zijn voor de mens. Deze bacterie vormt biofilms in leidingen, maar ook op vochtige speelmaterialen en lesmaterialen, en in dode hoeken op vloeren waar het water blijft staan. Zo kan de bacterie, al dan niet via zwemmers, in de badwaterbassins komen. Daarom is het van belang om deze parameter in elk badwaterbassin te meten.
Sporen van sulfiet-reducerende Clostridia
Sulfiet-reducerende Clostridia (SSSRC) zijn bacteriën die voorkomen in water, in sediment en in ontlasting van mensen en dieren. Sommige van deze bacteriën vertonen nagroei in water en sediment. Niet alle leden zijn van fecale oorsprong. Maar in de relatief schone zwembadomgeving kun je sporen van sulfietreducerende Clostridia wel zien als een indicator voor fecale verontreiniging. Er is dan geen noodzaak om alleen Clostridium perfringens te bepalen, die wel alleen van fecale oorsprong is.
Sporen van sulfietreducerende Clostridia (SSRC) zijn minder chloorgevoelig dan Intestinale Enterococcen. Daardoor kan hun aanwezigheid langer informatie geven over fecale verontreiniging en de mogelijke aanwezigheid van meer chloorresistente ziekteverwekkers. Qua bescherming van de gezondheid van gebruikers geldt hetzelfde als bij Intestinale Enterococcen.
Om een paar redenen is het belangrijk om deze parameter standaard in elk badwaterbassin te meten:
- Langdurige aanwezigheid van SSRC in het water laat zien hoe effectief het filtratieproces is
- De aanwezigheid van SSRC geeft informatie over het terugspoelen en de onderhoudsstaat van de zwembadfilters. Verwijdert het filter SSRC onvoldoende? Dan verwijderen de filters hardnekkige micro-organismen, zoals Cryptosporidium en Giardia, mogelijk ook onvoldoende
- Wanneer het filter niet efficiënt terugspoelt, hopen SSRC en potentieel aanwezige (oö)cysten van Cryptosporidium en Giardia zich op in het filterbed. Deze komen dan door de circulatie in het badwaterbassin
- Ook geeft deze parameter een beeld van mogelijke doorslag van filters die niet op tijd worden gespoeld
Toelichting parameters luchtonderzoek
Ozon
Sommige zwembaden gebruiken ozon als oxidatiemiddel en ontsmettingsmiddel. Dit leidt soms tot verhoogde concentraties ozon in het water en de lucht. Ozon heeft een sterke oxiderende werking en kan bij inademing schade aan de luchtwegen geven.
Trichlooramine
De correlatie tussen de concentratie gebonden chloor in het water en de concentratie trichlooramine in de lucht is heel onbetrouwbaar. Dat komt doordat trichlooramine heel vluchtig is en ook door de sterk variërende omstandigheden in zwembaden. Deze omstandigheden bepalen de transportsnelheid van trichlooramine in het water naar de lucht boven het water, en de verdere menging in de ruimte of afvoer naar de buitenlucht.
Om die redenen moeten zwembaden ook het trichlooraminegehalte in de lucht bepalen. In de nieuwe kwaliteitseis staat een uiterste norm. Maar vanwege de specifieke zorgplicht moet de hoeveelheid trichlooramine zoveel mogelijk beperkt blijven. Anders kan het schadelijke gevolgen hebben voor de gezondheid van gebruikers.
Download het overzicht
C-mark heeft een samenvatting gemaakt van de normering en toetsing volgens Bal-H15. Klik hieronder om het overzicht te downloaden.
Vragen?
Heb je aanvullende vragen? Neem dan contact met ons op. Dan helpen we je zo snel mogelijk verder.